zondag 19 januari 2014

Bijzonder Bevagna


Hoewel ik van iedere centimeter in Umbria hou, gaat deze blog over één van mijn favoriete plaatsen. Bevagna.

Romeins
Naar Nederlandse maatstaven is het een kleine stad, gelegen in de vallei in de provincie Perugia. De  originele naam, Mevania, stamt uit de Romeinse tijd, waarvan in het hogere gedeelte van de stad nog behoorlijk wat resten zijn overgebleven. Ik noem het Teatro Romano, de Edificio delle Terme waar je een prachtig mozaiek uit de tweede eeuw kunt zien, de Tempio en natuurlijk de stadswallen, die in de Middeleeuwen zijn gebouwd op de overblijfselen van de Romeinse muren. Ook de vele toegangspoorten bevatten resten van beide periodes.

Vlak bij de Porta Mulini loopt de rivier de Clittuno, die in de oude tijd gebruikt werd voor transporten, maar ook zorgde dat de molen kon werken en diende voor de openbare wasplaats. Deze laatste is een geweldige rustieke plek, die nog steeds wordt gebruikt.

Middeleeuwen
Veel monumenten, in feite, de hele stad, getuigen van de Middeleeuwen. Het schitterende plein met de drie beroemde gebouwen, het Palazzo dei Consoli, de San Silvestrokerk en de San Michele kerk kunnen je de hele middag in volle bewondering vasthouden. Vergeet niet de crypte in de San Silvestro te bezoeken.
Alle kerken in Bevagna hebben iets speciaals, maar persoonlijk vind ik de San Francesco in het hogere gedeelte van de stad het mooist. Niet zozeer om het interieur als wel om de buitenkant.

Andere bezienswaardigheden
Ik kan alleen maar aanraden om door de stad te zwerven en te genieten van de sfeer in de pittoreske straatjes en steegjes. De pinacoteca bevat een paar mooie werken, waarvan de Madonna van Dono Doni mijn favoriet is.
Een ander leuk bezoek bracht ik aan La Casa Medievale. Een gereconstrueerd, middeleeuws huis dat aan een redelijk welgestelde koopman toebehoord zou hebben. Het is een bezoek met gids, en ik verzeker je dat je na een paar minuten wenst dat je in die tijd was geboren.

Mercato delle Gaite
Wat de Middeleeuwen betreft. Ik kan niet schrijven zonder het jaarlijkse feest te noemen, de Mercato delle Gaite. De hele stad keert terug naar de periode 1250 – 1350. Een spektakel dat je niet mag missen... maar daarover heb ik al eerder geschreven: http://monteolivoinumbria.blogspot.nl/2014/01/le-gaite-bevagna-2012.html
en voor wie alle ins en outs wil lezen:

Oeps
Mijn eerste kennismaking met Bevagna dateert uit 1992. Er waren nog niet veel toeristen in Bevagna in die tijd en ik wist eigenlijk niets van de stad.
Ongelukkig genoeg arriveerde ik op lunchtijd, met twee kleine kinderen (6 en 4) die zich verveelden, klaagden over de hitte en gillend over mutant hero turtles over de verder stille, verlaten piazza renden. Ik kon niets anders bedenken om ze stil te krijgen dan ze vol te proppen met pasta, dus ik vroeg aan het enige andere levende wezen dat ik zag waar een restaurant was. Het slagschip keek me afkeurend aan en zei `Goedemiddag` in het Nederlands.......
Ze bleek in Bevagna te wonen en kon me alles over de stad vertellen. Sinds die tijd keer ik minstens eens per jaar terug.  

Take me home.. country roads (Nederlands)


Iedereen die wel eens in Umbrie is geweest kent waarschijnlijk de hoogtepunten: Perugia, Spoleto, Todi, Orvieto, Spello, Gubbio. Ik kan sterk aanraden deze steden te bezoeken en ik zal er absoluut nog over schrijven. Maar 1 november was het Allerheiligen en er was niet veel te doen, dus heb ik een beetje rondgezworven in de buurt van mijn huis.

Ik dacht dat ik elke centimeter hier wel zo´n beetje kende. Gelukkig is dat niet zo. Er is nog heel veel te ontdekken in dit geweldige gebied en ik zal nooit ophouden te genieten van de verbazingwekkende omgeving.

De vendemmia – druivenoogst – is gedaan en de wijngaarden liggen er in alle rust bij,in hun prachtige kleuren en dat samen met de typische geur van houtvuren betekenen dat de herfst echt is neergedaald over het land.

Ik ging in de richting van Gualdo Gattaneo, een stadje bovenop een heuvel dat het omringende landschap domineert. Die ligging is waarschijnlijk de reden dat Paus Alexander de Zesde (de Borgia Paus) er een indrukwekkende toren heeft neergezet.

Het was erg rustig, dus ik kon op mijn gemak foto´s maken van een paar hoekjes in de stad. Maar ik verzeker je dat er nog veel meer zijn, en op bijna iedere plek buiten de muren heb je een schitterend uitzicht over het Umbrische platteland.


Na Gualdo heb ik nog een paar gehuchten bezocht. Het was vreselijk komisch om op een kruising de aanwijzingen te zien, linksaf naar Pozzo (put) en rechtsaf naar Cisterna (bron). Je gelooft haast niet dat ze in dit gebied ´s zomers zonder water zitten.

Ik besloot naar Cisterna te gaan waar het middeleeuwse kasteel inmiddels is ingericht als vakantieverblijf met een aantal appartementen. De rustige sfeer, de aardige mensen en de verbijsterende uitzichten op de olijfgaarden en de heuvels zorgden er bijna voor dat ik er bleef.


Een schilderachtige route door de omgeving, waar sommige olijfbomen en wijnranken werkelijk heel oud zijn brachten me in Bastardo, vlak bij huis, maar het was zo´n heerlijke middag dat een laatste omweg gerechtvaardigd leek. Op naar Giano dell´Umbria dus. Dit kleine stadje, omringd door twee cirkels van muren, heeft een heel mooi plein en een paar mooie kerken die ik me van eerdere bezoeken herinner, maar die nu helaas gesloten waren. Maar goed, je kunt altijd terugkomen.


Onderweg naar huis kreeg ik als bonus nog een mooi zicht op de Rocchetta vlakbij Viepri en ik bedacht dat de enige bijwerkingen van deze middag zijn dat ik er meer van wil.  


Frantoi aperti - olijvenpret


Hoewel de uitnodigingen van de frantoi – molens – altijd erg aantrekkelijk zijn ben ik er nooit aan toe gekomen de Frantoi Aperti te bezoeken. Na een paar uur olijven plukken voor een paar dagen achter elkaar en dan nog een paar uur bij de molen rond te hangen om ze te laten persen wil ik meestal minstens een week geen olijf meer zien .

Dit jaar is anders. Het regende vanmorgen (on)gelukkig genoeg toen ik wakker werd en er leek geen eind aan te komen dus plan B. Er waren veel frantoi om uit te kiezen, maar ik had een leuke aankondiging gelezen van Olio di Trevi. Aangezien ik tien jaar in Trevi gewoond heb en mijn hart nog niet helemaal hersteld is, was het een mooi excuus om daarheen te gaan.

Het bleek een goed idee. Je mocht binnen kijken om de machines te zien draaien en de lucht van de olijven was werkelijk zalig.












Er waren ook wat oude gereedschappen uitgestald waaronder deze enorme vaas, die ik echt wilde delen omdat hij zo mooi is.





























Het winkeltje binnen bood een grote keus aan verschillende producten, maar ik heb het bij een fles olijfolie gehouden omdat die van mezelf er ook nog aan zit te komen, maar ik verzeker je dat de olie uit Trevi één van de beste is.


Buiten was het Lol met een hoofdletter L. Ik nam een vers gegrilde bruschetta met de geweldige olijfolie. 


















De vriendelijke mevrouw die het broodje voor me gemaakt had was echt niet te gierig geweest met de olie, het droop tussen mijn vingers door en ik voelde me weer een klein meisje. Misschien zijn mijn foto´s daarom wel een beetje wazig.












Tijdens het eten heb ik echt genoten van de band, Alter Ego. Ze speelden allerlei bekende nummers waaronder ``I will survive` en ze leken zelf nog het meeste plezier te hebben.


Ik eindigde mijn tochtje bij een kraampje waar ze kaas en worst verkochten. Ze verkochten diverse soorten pecorino, bedekt met graan, peper en stro en een speciale soort ingepakt in olijfbladeren.












Zelfs terwijl ik weet dat ik morgen tegen zessen zal beweren dat ik nooit, nooit meer één verrekte olijf zal aanraken voor de rest van mijn leven, weet ik iets zeker: volgend jaar ga ik terug, wan tik had echt een hele leuke middag.




Oost - west.. thuis best


Ik heb geluk dat ik de lente kan beginnen in Umbrie. Toegegeven, ik heb t weleens beter gezien, maar laat ik niet klagen over mijn eerste twee Umbrie dagen in maart 2013.

Gisteren was het een stralende zonnige middag, die ik buiten heb doorgebracht, af en toe rusteloos over het terrein van Monteolivo-Umbria zwervend. De geluiden van mijn buurman die zijn olijven aan t snoeien was en de fluitende vogels maakten dat ik daar bij wilde horen.

Vanmorgen werd ik wakker en zag een strak blauwe lucht, bijna geen wind en alles leek gewoon helemaal goed. Dat was ook zo.
Ik ging naar de Olijfoliefabriek Olio di Trevi en had een superleuke ochtend, maar daarover schrijf ik apart. Het was te interessant om het hier tussen te vlechten.










Ik at mijn lunch buiten en toen betrok het een beetje. De temperatuur bleef goed, dus wat kun je dan beter doen dan de schoonheid van het Umbrische platteland ontdekken?

Vlak bij huis had ik een gat gezien dat Torri heet (raad eens waarom?) en ik ging erheen. Sommige huizen waren nog bewoond, andere totaal verlaten. 










Wel een beetje jammer want het is een schilderachtig dorpje met prachtige uitzichten vanaf elke plek. En ik maakte tenminste één vriend.










Vervolgens kwam ik terecht in Castello di Barratolo, dat nu een agriturismo is. Ik kwam een paar honden tegen, een paar piepkleine katjes en drie hele aardige vrouwen. Dat maakte ook Barratolo een succes.

De volgende plaats in de planning was Saragano, maar onderweg kwam ik langs dit kerkje waarvan de deur openstond, maar dichtgebonden was met een touw dat per ongeluk naar beneden viel toen ik het aanraakte. 











Nou ja, het enige dat ik kon doen om terug te betalen was een foto nemen van het interieur. 
Van eenzaam serene klasse.











Op de terugweg kreeg ik geen genoeg van de uitzichten. Het is moeilijk de weidse, golvende heuvels te beschrijven, laat staan ze goed op de foto te krijgen. Maar ik het het geprobeerd.
Een goed begin is tenslotte het halve werk.  


TODI tussen legendes en werkelijkheid

The English article has been published by www.ThinkingNomads.com, click here if you want to read it.

Een goede manier om een stad te bezoeken is de Urban hiking, helemaal als je begeleid wordt door een gecertificeerde, lokale gids. Ik heb vorig jaar zo´n trekking in Todi gedaan, georganiseerd door Luca en Elisa van Todiguide.com en Alessandra van Discovering Umbria. Zelfs terwijl ik Todi al enkele malen had bezocht zag ik nu plekjes die ik nooit alleen gevonden zou hebben en ben ik in kerken en gebouwen geweest die normaal gesloten zijn.

(c) Jan Vos
We bezochten het Monastero San Francesco Suore Clarisse en enkele kerken die nooit toegankelijk zijn voor publiek. Daardoor hadden we de kans een paar prachtige fresco´s te bewonderen.






Zwervend door de stad konden we onder andere de drie cirkels muren bekijken waar Todi door omringd wordt, elke muur uit een andere periode. De buitenste is Middeleeuws, de tweede dateert uit de Romeinse tijd en de binnenste cirkel is gebouwd in de Etruskische periode. De poorten die zich overal in de muren bevinden zijn werkelijk imposant.












Dan heb ik het nog niet over de schilderachtige pleintjes. Op één ervan zat een groepje oude mensen wiens siësta wij verpest hebben en ik moest ze gewoon op de foto zetten omdat de dame links me aan mijn oma herinnerde.

Toen dit jaar weer een tour georganiseerd werd was ik er natuurlijk als de kippen bij. De tocht heette `Tra storie e leggende` (tussen geschiedenis en legendes) wat inhield dat ik niet alleen opnieuw prachtige plaatsen zag, maar ook interessante en soms grappige verhalen hoorde.


De tocht begon bij de kathedraal van waaruit je een prachtig uitzicht hebt op de Piazza del Popolo met haar indrukwekkende palazzi. Het Palazzo dei Priori, recht tegenover de kerk, heeft de beroemde Adelaar van Todi op zijn gevel.

Dat was meteen de eerste legende: de stichters van Todi zaten tijdens een picknick op een rood tafelkleed waar hun eten op stond. Er kwam een adelaar overvliegen die het tafelkleed greep, ermee wegvloog en het verderop, bovenop een heuvel liet vallen, daarmee de plek aanwijzend waar Todi gesticht moest worden.

Een stukje verderop lag het pleintje waar de heks Matteuccia in 1428 op de brandstapel eindigde, veroordeeld voor hekserij. Het meest aannemelijk is dat ze alleen wat liefdesdrankjes en kruidenmengsels brouwde, maar ze bekende hekserij tijdens haar proces, waarschijnlijk uit angst voor foltering.





Na nog meer beeldige plekjes ging de tocht naar het Convento delle Lucrezia. Vanaf de binnenplaats had je een weids uitzicht op de Tiber, en als je over de muur boog, op een balkon waarvan gezegd wordt dat dat het eerste, oorspronkelijke nest van de Adelaar was.








De tocht ging verder langs de Romeinse muur waarvan de geschiedenis naast mooi ook een praktische achtergrond heeft. Todi is gebouwd op twee bijna parallel lopende heuvels, waardoor een probleem ontstond. Doordat het water ertussen niet weg kon lopen had Todi te maken met herhaalde aardverschuivingen. De Romeinen losten dat op door twee gelijke muren langs de heuvels te bouwen met waterbassins eronder, op die manier een afwateringssysteem creërend.




Bijna aan het eind van de tocht stond de San Fortunato op het programma waar de stoffelijke resten van Jacopone di Todi zich bevinden. Er waren over deze broeder heel wat grappige verhalen te vertellen die betrekking hadden op zijn excentrieke gedrag. Hij predikte een stringente manier van leven, een leven van armoede en boetedoening. Dit bracht hem in conflict met Paus Bonifacius III, die hem excommuniceerde.
(c) Jan Vos
Het grappige aan de grafsteen van Jacopone is dat het jaartal zijn dood in 1296 vermeldt. Duidelijk een geval van foutje, want Jacopones excommunicatie was in 1298 en hij werd bevrijd in 1303. In werkelijkheid stierf hij in 1306.
(c) Jan Vos
De tocht eindigde bij de Fonte Cesia, een (overigens door hemzelf gebouwd) eerbetoon aan Bisschop Angelo Cesi.
Ik hoef natuurlijk niet te vertellen wat een geweldige dag het was. Ik ben benieuwd of er meer steden in Umbria zo´n schat aan `storie e leggende` verbergen. Eén ding is zeker: de Tuderte weten hoe ze trots moeten zijn op hun magnifieke stad.







Ondergronds Narni, een wens die uitkwam


Dit jaar in maart had ik eindelijk de kans om één van de dingen op mijn verlanglijstje te doen: Ondergronds Narni bezoeken.

Het is natuurlijk altijd een avontuur om af te dalen in de aarde. Laten we eerlijk zijn, wie heeft er nou niet gedroomd van ondergrondse grotten ontdekken en verborgen schatten te vinden? Maar ik verheugde me speciaal op het bezoek aan Narni Sotterranea, zoals de Italiaanse naam luidt, want ik had al over de geschiedenis gelezen en wist dat dit een interessant bezoek beloofde te worden.

Dat was het ook. Zodra in onze gids, Aroti Meloni, persoonlijk had ontmoet wist ik dat ze enthousiast en bevlogen is over alles dat met de ondergrondse ruimtes te maken had en het was duidelijk dat ze zeer deskundig is.

Ondergronds Narni onthult de resten van een oorspronkelijk klooster, de San Domenico, dat vernield werd tijdens de Tweede Wereldoorlog, en daarna vergeten werd dichtgroeide met vegetatie. Tot 1978, toen een groep jonge speleologen – allemaal minderjarig – de ingang ontdekte, daarbij geholpen door een oude man die er een groententuin had.
(c) Narni Sotterranea - all rights reserved

In 1994 werden de ruimtes toegankelijk voor publiek. De eerste ruimte is een voormalige kerk uit de 12e eeuw, gedecoreerd met prachtige fresco´s. De oorspronkelijke naam was Sant´Angelo, de aartsengel Michael, wiens portret weergegeven wordt op een fresco aan de linkerkant.












In de tweede ruimte bevindt zich een Romeinse put in goede staat, waarin het regenwater werd opgevangen. Verder zijn er twee instrumenten uit de Romeinse tijd te zien, één bedoeld als landmeter om rechte wegen mee te bouwen, het tweede mat de hoogteverschillen van de bodem zodat aquaducten konden worden aangelegd. Het aquaduct Formina di Narni, met een lengte van 13 kilometer, is op die manier geconstrueerd.








Na deze twee kamers werd de geschiedenis wat duisterder. In de derde kamer waren allerlei folterinstrumenten uitgestald die zijn gebruikt door de Inquisitie. Uit documenten die bij toeval gevonden zijn in het Trinity College in Dublin, aangevuld met onderzoek uit de archieven van het Vaticaan blijkt de bevestiging dat de ruimten inderdaad voor de Inquisitie waren. Eén van de documenten die gevonden werden bevat het volledige procesverslag van Domenico Ciabbocchi, een man uit Todi die veroordeeld was voor bigamie (klik hier om het hele verhaal te lezen, in het engels).
(c) Narni Sotterranea - all rights reserved

De laatste ruimte was de kerker. De muren en het plafond vertellen het interessante maar trieste verhaal van een gevangene die er maanden zat opgesloten. Hij doodde te tijd met het krassen van inscripties in de muren en slaagde erin om verschillende kleuren te gebruiken door het steenpoeder te mengen met urine. De arme man gebruikte veel symbolen, waaronder de cijfers 4, 3 en 7, die respectievelijk de aarde, een driehoek als symbool voor de Opstanding en God aanduiden. Andere vaak voorkomende symbolen zijn duiven, die de Vrede weergeven, maar door een dunne draad aan een boom toch gevangen gehouden worden.
(c) Narni Sotterranea

En... en komt een rij cijfers voor, 7-24-42-70 . Er zijn veel theorieen over de betekenis ervan, maar tot nu toe is er niet één met zekerheid bewezen. Misschien kun jij het raadsel oplossen?

Het mag duidelijk zijn dat al mijn verwachtingen waarheid werden bij dit bezoek. Ik raad dan ook sterk aan zelf te gaan kijken, want er is veel meer te vertellen, te beleven en herbeleven in Ondergronds Narni.
(en dan heb ik nog niet eens over Bovengronds Narni verteld).



Ondergronds Narni is het hele jaar open. Voor openingstijden, reserveringen, routebeschrijving en meer informatie: www.narnisotterranea.it